De provincie Zuid-Holland heeft besloten om geen financiële compensatie te geven aan verschillende dierenambulances voor de zorg, transport en opvang voor wilde dieren. Dit heeft de provincie als reactie gegeven op een brief die wethouder Arno van Kempen van Teylingen in februari had gestuurd, namens onder andere Leiden, Oegstgeest en Voorschoten.
‘Wij hebben omdat wij geheel afhankelijk waren van donateurs en giften voor dekking van onze kosten, de gemeenten eind 2018 gevraagd om ons te gaan financieren,’ vertelt voorzitter Jaap van Meijgaarden van de regionale Dierenambulance en Vogelopvang. De organisatie had namelijk een structureel jaarlijks tekort van meer dan 50.000 euro. Meerdere gemeenten, zoals Zoeterwoude, Leiderdorp en Oegstgeest, hebben de vraag voor financiering afgewezen en verwijzen door naar de provincie. In een brief aan B&W van Teylingen erkent het provinciaal bestuur van Zuid-Holland nu wel de zorgplicht voor wilde dieren, maar is alsnog niet bereidt om financiële ondersteuning te geven. ‘Hierdoor vallen wij tussen wal en schip.’
Het provinciaal bestuur verwijst de dierenambulance voor financiering door naar de ontwikkeling van de motie van Tweede Kamerlid Wassenberg. Daar wordt gewerkt en onderzoek gedaan aan het ontwikkelen van een richtlijn voor vergoeding aan zelfstandige en regionale wildopvangcentra. ‘Op korte termijn zijn wij daar echter helaas niet mee gediend,’ legt Meijgaarden uit. ‘Maar totdat het onderzoek naar de financiering is afgerond, moeten wij maar zien hoe wij maar zien hoe wij de eindjes aan elkaar knopen.’ Meijgaarden laat ook weten beroep te blijven doen op de verantwoordelijkheid van zowel gemeenten als provincie om de werkzaamheden van de dierenambulance te financieren.
En zo blijven de dierenambulances maar aan modderen.